14-04-2019 Twee grote ‘real-world’ studies uitgevoerd in Duitsland en de VS hebben de hoge percentages van virologische respons (SVR) in klinische studies naar glecaprevir/pibrentasvir bij personen met hepatitis C (HCV) bevestigd.
In de twee studies, gepresenteerd op het International Lever Congres 2019 in Wenen, ontvingen behandelingsnaïeve en eerder behandelde personen glecaprevir/pibrentasvir (G/P), inclusief degenen die gewoonlijk ondervertegenwoordigd zijn in klinische studies zoals mensen met opioïd substitutie therapie, met alcohol en/of actief drugsgebruik, met psychiatrische aandoeningen en/of mensen met co-infectie HIV.
De eerste studie die gepresenteerd werd, betrof een analyse van gegevens van 1.698 volwassenen met HCV genotype 1-6 die behandeld werden met G/P. De meeste patiënten (84%) waren behandelingsnaïef zonder cirrose en werden daarom gedurende 8 weken behandeld. In totaal ontvingen 439 personen (26%) opioïd substitutie therapie, 247 (15%) hadden een psychische aandoening, 106 (6%) hadden een aanzienlijk alcoholmisbruik en 47 (3%) waren actieve drugsgebruikers.
‘Dit zijn allemaal belangrijke comorbiditeiten die er vaak toe hebben geleid dat de behandeling in het verleden werd uitgesteld’, verklaarde professor Markus Cornberg van de Hannover Medical School in Duitsland, die de onderzoeksresultaten presenteerde.
Van 998 patiënten is 12 weken na afloop van de G/P behandeling de SVR genoteerd: SVR12 was 97% (964/998). G/P werd over het algemeen goed verdragen, drie patiënten stopten als gevolg van bijwerkingen; zes personen hadden na de behandeling een re-infectie met het hepatitis C-virus en vijf personen hadden een virologische relapse.
Positieve resultaten werden ook door onderzoekers uit de VS gemeld, die de gegevens analyseerden van 1.131 personen die tussen augustus 2017 en april 2018 waren begonnen met G/P behandeling. Gegevens werden ook geanalyseerd van 777 personen die in dezelfde periode gestart waren met sofosbuvir/velpatasvir (SOF/VEL).
De SVR12 was 93% (1049/1131) met G/P en 90% (701/777) met SOF/VEL. Zeventien personen (2%) voltooiden de behandeling met G/P en bereikten geen SVR12. Factoren die geassocieerd bleken te zijn met virologisch falen met G/P waren behandelingservaring (OR 0.14 [0.05-0.36]; p≤0.001), cirrose (OF 0.29 [0.11-0.80]; p = 0.017), en viral load > 6 MM in GT3 HCV (OR 0.14 [0.03-0.60]; p = 0.008). Vijftien patiënten (2%) voltooiden de SOF/VEL-behandeling en bereikten geen SVR12. Patiënten die werden behandeld met SOF/VEL plus ribavirine hadden een hoger risico op virologisch falen (OR 0.16 [0.04-0.60]; p = 0.007).
Chronische hepatitis C blijft een belangrijke oorzaak van morbiditeit en mortaliteit, met naar schatting 71 miljoen wereldwijd geïnfecteerde individuen. De beschikbaarheid van direct werkende antivirale middelen (DAA’s) heeft de vooruitzichten voor mensen met hepatitis C veranderd. Glecaprevir / pibrentasvir (G/P) is een pan-genotypische DAA-combinatietablet die in juli 2017 in Europa is goedgekeurd voor de behandeling van volwassenen met hepatitis C. In fase 2 en 3 studies leidde de behandeling met G/P naar een SVR bij> 95% van de ontvangers, zonder dat er veiligheidsproblemen optraden.
Bron: EASL press release.