Integratie van het hepatitis B virus in het menselijk genoom Bijgewerkt op 28.10.19

09-05-2019   Integratie van het hepatitis B-virus in het menselijk genoom is niet beperkt tot de vroege fasen van chronische hepatitis B, blijkt uit onderzoek gepresenteerd door Dr Romina Salpini (University of Rome, Italië) op het Internationale Lever Congres 2019 in Wenen. Het blijkt dat integratie van het DNA van het virus (HBV-DNA) ook vaak voorkomt bij personen met hepatitis-B-antigeen (HBeAg)-negatieve chronische hepatitis B en diegenen met laag HBV-DNA, patiënten die niet beschouwd worden om behandeld te worden.

Chronische hepatitis B is een wereldwijde bedreiging voor de volksgezondheid en wordt geassocieerd met aanzienlijke lever gerelateerde morbiditeit en mortaliteit. Het hepatitis B-virus infecteert en vermenigvuldigt zich in hepatocyten, waar het virale DNA wordt geïntegreerd in het genoom van de gastheercel. In het bloed blijft HBsAg en soms ook HBeAg aantoonbaar.

Bij chronische hepatitis B wordt onderscheid gemaakt in vijf (voorheen vier) verschillende fasen: HBeAg positieve chronische infectie (voorheen immuuntolerante fase), HBeAg positieve chronische hepatitis (reactieve fase), HBeAg negatieve chronische infectie (inactieve fase), HBeAg negatieve chronische hepatitis (HBeAg negatieve chronische hepatitis) en de HBsAg negatieve fase. Er is aangetoond dat integratie van HBV-DNA in het begin van de infectie met het hepatitis B-virus voorkomt en een scala aan moleculaire veranderingen veroorzaakt waarvan gedacht wordt dat het de ontwikkeling van hepatocellulair carcinoom stimuleert. Tot nu toe was er echter weinig bekend over integratie van HBV-DNA in latere fasen van de infectie.

In het onderzoek werd leverweefsel van 40 HBeAg-negatieve patiënten onderzocht en in drie groepen onderverdeeld: Groep 1 met HBV-DNA <2000 IE/ml (n = 8), Groep 2 met HBV-DNA van 2000-20.000 IU/ml (n = 14) en groep 3 met HBV-DNA> 20.000 IU/ml (n = 18).

Integratie van HBV-DNA werd in alle drie groepen gedetecteerd, met een totale prevalentie van 35,4%: 25% in Groep 1, 14,3% in Groep 2, en 55,6% in Groep 3. Integratie van het virale DNA vond plaats op verschillende locaties in het genoom van de gastheercel.

Deze studie heeft aangetoond dat HBV-integratie voorkomt bij alle typen hepatitis B patiënten die HBeAg negatief zijn, inclusief diegenen met een laag HBV-DNA (<2000 IE/ml). De lokalisatie van de HBV-integratie suggereert ook dat deze gebeurtenissen niet beperkt zijn tot het ontwikkelen van hepatocellulair carcinoom maar ook betrokken kunnen zijn bij mechanismen die het metabolisme van hepatocyten en antivirale immuniteit reguleren.

Bron: EASL pressrelease.